Zijn eigen plekkie

Het bankje voor De Bakkerij blijft de laatste weken leeg. Het is ook wat druilerig en soms kan de wind wel erg guur over de Oude Rijn waaien. Af en toe schuifelt hij nog voorbij achter zijn rollator, maar ik mis hem, onze vaste gast en poortwachter van De Bakkerij. 

In het voorjaar en de zomer had hij zijn vaste stek gevonden aan de rechterkant van het bankje naast de ingang van ons centrum. Zijn rollator ernaast geparkeerd tegen de muur.
Hij is dakloos. Heeft inmiddels tijdelijk onderdak gevonden in het Sociaal Pension, maar heeft bij ons wel echt zijn eigen plekkie opgeëist. Op het bankje zit hij hele dagen in de zon met af en toe een slokje wijn uit een klein flesje in zijn binnenzak. 
“Jezus veranderde wijn in bloed,” zei hij van de zomer nog tegen Femke Post, onze straatpastor, “maar ik verander mijn bloed langzaam in wijn.” Ik kende het grapje al, maar uit zijn mond krijgt het de bitterzoete klank van een gelaten schuldbelijdenis met een knipoog. 
Als ik ’s avonds langsloop op weg naar de FEBO, vraag ik even of ik ook voor hem een frietje zal meebrengen. “Nee, ik heb net gegeten bij de Nieuwe Energie, maar hartelijk bedankt voor het aanbod, hoor.” Het is een vriendelijke en beleefde levensgenieter, die als de zon te hard schijnt van verschillende kanten het vriendelijke advies krijgt om de schaduw toch op te zoeken en tenslotte ook nog een petje aangeboden krijgt.
Hier en daar proef je bijna de jaloerse blikken van mensen die gejaagd hun weg zoeken in het centrum van de stad. Hij heeft de tijd, iets wat anderen vaak tekort komen. En hij heeft, ondanks dat hij dakloos is, bij ons toch mooi zijn eigen plekkie gevonden… 

Ton Snepvangers
Coördinator De Bakkerij